Rekenkameronderzoek Wmo | 25 apr 2013

Mee kunnen blijven doen aan de maatschappij is de kern van de Wmo.  Gemeenten hebben de plicht hebben om oplossingen te bieden aan burgers die beperkingen ondervinden. De rekenkamercommissie heeft het beleid en de uitvoering rond de Wmo in de gemeenten Stede Broec, Enkhuizen en Drechterland (SED) onderzocht.

wmo Unravelling

Het onderzoek richtte zich specifiek op prestatieveld 6 in de Wmo: “Het verlenen van voorzieningen aan mensen met een beperking of een chronisch psychisch probleem en aan mensen met een psychosociaal probleem ten behoeve van het behouden en het bevorderen van hun zelfstandig functioneren of hun deelname aan het maatschappelijke verkeer.” 

De belangrijkste aanbevelingen van de rekenkamercommissie voor de drie gemeenten waren:

a)     Stel een meerjarig Wmo beleidsplan op. Hiermee wordt niet alleen voldaan aan de wettelijke eisen, maar hierdoor kan de raad een lange termijnvisie voor het Wmo-beleid vaststellen en daarmee zijn kaderstellende rol invullen. Door regelmatig de voortgang te laten rapporteren geeft de raad tevens gestalte aan zijn controlerende rol.

b)    Ga een intensievere samenwerking tussen de SED-gemeenten aan. Deze samenwerking heeft een drieledig doel. Ten eerste kan samenwerking helpen de kwetsbaarheid van de organisatie te verminderen door het opzetten van een vervangingspool van Wmo-beleidsmedewerkers en klantmanagers. Ten tweede kan samenwerking bijdragen aan een grotere kennisbasis en effectiever leren door het regelmatig uitwisselen van ervaringen tussen de drie gemeenten over ketenpartners, de wijze waarop de kanteling werkt, en de inrichting van het werkproces. Ten derde kan samenwerking schaalvoordelen opleveren bij het gezamenlijk voorbereiden van Wmo-beleid.

c)     Maak duidelijk afspraken over rapportage- en evaluatiemomenten. De rekenkamercommissie beveelt het college aan om duidelijke afspraken te maken over de regelmaat en vorm waarin ambtelijk aan het college wordt gerapporteerd, geëvalueerd en voorstellen tot bijsturen worden gedaan met betrekking tot prestatieveld 6 van de Wmo.

d)    Besteed meer aandacht aan de opdrachtgever- opdrachtnemerrelatie.Aanbesteding en het contractbeheer voor het leveren van diensten en werkzaamheden liggen, logischerwijs, veelal op regionaal niveau. De rekenkamercommissie adviseert het college van burgemeester en wethouders om meer aandacht te besteden aan het, op lokaal niveau, maken van duidelijke afspraken met de (hoofd)leveranciers over de te leveren diensten c.q. werkzaamheden.

Bijzonderheden

Een bijzonder element in dit onderzoek is dat beleid en uitvoering in de drie SED-gemeenten vergeleken kon worden. Elk van deze gemeenten heeft rond de 20.000 inwoners. De sociale en demografische structuur en de gezondheid van de inwoners bleek echter behoorlijk te verschillen. Ook de door de gemeenten gemaakte beleidskeuzes en de uitvoering verschilden aanzienlijk. Een overeenkomst in de drie gemeenten was dat de Wmo-cliënten over het algemeen zeer tevreden waren over de Wmo-voorzieningen en de dienstverlening door de gemeenten.

Doorwerking

De gemeenteraad van Stede Broec en Enkhuizen hebben de aanbevelingen van de rekenkamercommissie overgenomen. De gemeenteraad van Drechterland heeft zijn waardering uitgesproken over het rapport. Het onderzoeksrapport en de reactie van het college zijn besproken en voor kennisgeving aangenomen. De colleges van de drie gemeenten zijn al aan de slag met de eerste twee aanbevelingen. Het lange termijn Wmo-beleid is in voorbereiding en de colleges hebben besloten tot een ambtelijke fusie van de de drie gemeenten.


Opdrachtgever: Rekenkamercommissie Stede Broec, Enkhuizen en Drechterland
Onderzoekers: Martijn Mussche
Oplevering rapport: 2013

De onderzoeksrapporten zijn hieronder te downloaden:
Rapport Stede Broec Onderzoek Wmo
Rapport Enkhuizen Onderzoek Wmo
Rapport Drechterland Onderzoek Wmo