Berichten getagd ‘Vertrouwen’
In gesprek met ‘de doelgroep’ bij armoede en schulden: hoe doe je dat? | 5 september 2024
Zoals te lezen in dit artikel probeert gemeente Arnhem de schulden van inwoners kwijt te schelden. De gemeente heeft echter moeite om kandidaten te vinden. Sommige inwoners blijven, zelfs na uitleg, de hulp weigeren. Inwoners voelen enorme argwaan jegens ‘de overheid’ en alle vertegenwoordigers ervan, maar ook jegens hulpverleners van hulpverlenende organisaties die niet aan de overheid gerelateerd zijn. Zelfs wij, als onafhankelijk onderzoekers, moeten soms wantrouwen overwinnen voordat mensen met ons in gesprek durven gaan. Toch legt Unravelling vaak contact met inwoners tijdens rekenkameronderzoeken naar armoede en schulden. Onze leercurve in deze projecten was stijl. Hoe leg je nu contact met mensen? Hoe krijg je ze zo ver om open te zijn over zo’n gevoelig onderwerp?
Op onze website hebben we in een van onze cases al geschreven over dit onderwerp. We gaan in deze blog dieper in op de manieren van contact leggen, de woordkeuze en de verschillende vormen van in gesprek gaan. Er zijn hierbij verschillende mogelijkheden, waaronder veldwerk, groepsgesprekken of enquêtes. In deze blog gaan we uit van een scenario waarin we mensen werven om ze één op één te interviewen.
Over wie spreken we eigenlijk?
De ‘doelgroep’, de ‘inwoners’… Over wie spreken we eigenlijk? Een woord als ‘doelgroep’ stelt het gemeentelijk beleid centraal: wie is de doelgroep van het beleid? En de term ‘inwoner’ is weinig specifiek. Wij gebruiken het liefst het woord ‘ervaringsdeskundige’. We willen kennis en ervaring putten van deze mensen en daarvan leren. ‘Ervaringsdeskundige’ betekent: een gelijkwaardig gesprek waarin de geïnterviewde centraal staat.
Woordkeuze is essentieel
Het kiezen van eenvoudig taalgebruik in de communicatie is belangrijk. Het devies is: korte zinnen en veel gebruikte, gemakkelijke woorden. Maar welke woorden dan precies? Dat is de crux. Het is essentieel om in de eerste communicatie woorden als ‘armoede’ en ‘schulden’ te vermijden. Er zijn weinig mensen die zichzelf echt als ‘arm’ definiëren. En praten over schulden? Een deel van deze doelgroep is juist als de dood om geconfronteerd te worden met ‘het probleem’.
Als Unravelling mensen werft, vragen we of men ‘moeite heeft om rond te komen’ of: ‘kom je (soms) geld tekort’? Subtiele keuzes kunnen het verschil maken: ‘heb je te maken met’ in plaats van ‘heb je ervaring met’. Want ‘ervaring’ klinkt zwaarder dan ‘ermee te maken hebben’. Ervaringsdeskundigen denken al snel: ‘mijn problemen zijn niet ernstig genoeg’. Zo mogelijk is het ook beter om het woord ‘gemeente’ niet te noemen in de eerste communicatie. Daarop haken mensen af. Het wantrouwen richting de gemeente kan immers groot zijn en daardoor afschrikwekkend werken.
Concreet, toegankelijk, anoniem
Bij het leggen van contact is het belangrijk om de vraag eenvoudig te houden. Vraag alleen naar naam, e-mailadres of telefoonnummer en niet naar aanvullende informatie bij een (digitaal) aanmeldformulier. Benadruk anonimiteit en vertel dat de geïnterviewde geen papieren en formulieren mee hoeft te nemen. Bij een uitnodiging voor een interview maak je het concreet: waar, op welke dag? En als je kiest voor een vergoeding voor een interview: vermeld dat.
Zoeken naar verbinding
Goed, onze communicatie is in orde: we hebben een klein uitnodigingsformulier gemaakt en een (digitale) flyer. Maar hoe zorgen we dat ervaringsdeskundigen die boodschap krijgen?
Er zijn verschillende ingangen. Een flyer over ons verzoek om met elkaar te spreken kan en moet breed uitgezet worden. Natuurlijk is het daarbij belangrijk om via de gemeente en hulpverlenende organisaties te werven. Bij de Voedselbank, in de hal van het gemeentehuis, op het bureau van de gemeentelijke consulent: daar moet deze flyer sowieso te vinden zijn. Maar bedenk je wel: de mensen die de flyer daar zien, zijn al ‘gevonden’ door de gemeente. Als je zoekt naar verborgen armoede, zijn andere plekken van belang: het buurtcentrum, de bibliotheek, de kleuteringang van een lokale basisschool, misschien wel het prikbord van de supermarkt of de kantine van een voetbalclub, een weggeef-kastje. Als het mag, zijn dit goede plekken om een flyer op te hangen. Denk eens aan de optie om (via de gemeente) een brief uit te sturen naar willekeurige inwoners. Het voordeel: de lezer hoeft niet digitaal vaardig te zijn. Het kan ook goed werken om inloopspreekuren en koffie-uurtjes te bezoeken om persoonlijk mensen te werven. Dit is tijdrovend maar is in zichzelf al een leerzaam moment in het onderzoek.
Een belangrijke opmerking bij dit alles: maak gebruik van je netwerk en bouw (dus) ook een netwerk op. Het is waardevol om contact te leggen met consulenten, vrijwilligers en medewerkers van maatschappelijke organisaties en de Cliëntenraad. Deze mensen kennen de ervaringsdeskundigen. De kunst is om vertrouwen te creëren zodat zij als verbindende factor willen optreden. Dit kost enige tijd. Maar uiteindelijk is dat een hele waardevolle manier om bij de ervaringsdeskundigen terecht te komen, ook bij degenen die het vertrouwen in ‘de overheid’ al verloren hebben.
Vooruitblik naar de volgende blog
We begonnen er al mee: waar werven we eigenlijk voor? Een één op één gesprek is voor een ervaringsdeskundige best spannend. Want stel je eens voor: je wordt door een onderzoeker gevraagd om dinsdag om 10.00 in een hokje in de lokale bibliotheek te komen praten over iets waar je je iedere dag zorgen om maakt: je schulden. Het zweet staat al op je voorhoofd. Kan dat ook anders? Ja. Daarover meer in een volgende blog.
Deze blog is geschreven door Miriam Dorigo. Wil je meer weten? Neem dan contact met haar op.
Vertrouwen tussen raad en college: komt te voet en gaat te paard? | 1 juni 2023
‘Vertrouwen komt te voet en gaat te paard.’ Een rake uitspraak die gaat over alle verhoudingen in de politiek, en wordt veel gebruikt als het gaat over het vertrouwen van burgers in hun overheden. Maar ook binnen het lokale bestuur is vertrouwen belangrijk, namelijk tussen de raad en het college. In deze blog vertelt collega Miriam waarom vertrouwen tussen de raad en het college zo belangrijk is en geeft enkele tips voor het herstellen of creëren van vertrouwen.
Achtergrond
Op gemeentelijk niveau heeft de raad als hoogste bestuursorgaan formeel de meeste macht. Alle beslissingen worden immers aan de raad voorgelegd en op dat moment kan de raad sturen en een besluit aanpassen, herzien of zelfs terugdraaien. Het college ontwikkelt beleid en voert het uit, is opdrachtgever van de ambtelijke organisatie en heeft een informatievoorsprong op de raad. Het college heeft daarmee een eigen machtspositie.
De bedoeling van deze bijzondere verhouding is evenzeer een scheiding van machten, als een gelijkwaardige verdeling ervan. In de Wet Dualisering Overheid zijn de formele contouren van deze verhouding uitgewerkt. De raad moet bijvoorbeeld door het college voorzien worden van tijdige, volledige en juiste informatie om beslissingen te nemen. Er bestaat echter ruimte voor een eigen gemeentelijke bestuurscultuur, want de formele regels leggen niet vast hoe dit er in de praktijk uitziet. Deze bestuurscultuur komt neer op informele ‘omgangsvormen’ die idealiter de politieke verhoudingen in balans houden. De raad houdt zich dan op hoofdlijnen met het beleid bezig en niet met de details, zodat het college vrijhoud om te handelen krijgt. Het college zou de raad ‘iets te kiezen’ moeten geven bij grote besluiten.
Voorbeeld: brug bij een middelgrote plaats
Omdat dit abstract is schetsen we een scenario. Langs een middelgrote plaats moet een nieuwe brug over de rivier worden aangelegd. Het college kan hiervoor aan de raad een voorkeursontwerp voorleggen. De raad krijgt de voorkeursvariant aangeboden met argumenten om het goed te keuren, zoals lage kosten en doorstroming van het verkeer. In een bijlage zijn alternatieven opgenomen. Een tweede scenario is dat het college de raad in een vroeg stadium inzicht geeft in de schetsontwerpen van verschillende varianten voor de brug. Daardoor krijgt de raad de kans prioriteiten aan te geven en beter inzicht te krijgen in de voor- en tegenargumenten.
In het eerste scenario kan de raad één van de alternatieve varianten uit de bijlage kiezen, maar in de praktijk zal de raad met het college in gesprek gaan over de voorkeursvariant. De raad doet hooguit een amendement op het voorstel om bijvoorbeeld de fietsstrook op de brug te verbreden of vraagt om meer informatie. In het tweede scenario zal er een brede discussie plaatsvinden over de drie varianten. In deze discussie passeren voor- en tegenargumenten van de drie varianten de revue, waarbij de prioriteiten van de raad weer aan bod komen. Op die manier heeft de raad uiteindelijk de vrijheid om een weloverwogen keuze te maken.
Besturen vanuit wan/ver/trouwen
Waarschijnlijk is de inhoudelijke uitkomst in beide scenario’s gelijk, bijvoorbeeld omdat de argumenten voor de gekozen variant sterk zijn. Het proces verloopt in het tweede scenario echter veel beter, doordat de raad vanaf het begin meegenomen is in de overwegingen. In het eerste scenario probeerde het college de raad te sturen in de richting van de voorkeursvariant. Dit zal in de regel zo gebeuren omdat één variant duidelijk het beste is. De raad ziet zich echter ‘gesteld voor een voldongen feit’, of hij vat het zo op. Dit kan wantrouwen voeden – vertrouwt het college het oordeelsvermogen van de raad soms niet, of is het een prestigeproject? De uitkomst zal, zoals gezegd, waarschijnlijk hetzelfde zijn. Maar het eerste scenario levert een minder goed proces op, en kan daardoor de verhoudingen tussen raad en college op scherp zetten.
De gevolgen daarvan kunnen aanzienlijk zijn. Bij grote projecten zoals een brug spelen er vaak overschrijdingen van de kosten en planning. De raad moet daarover geïnformeerd worden en mogelijk volgt er een budgetbeslissing. Dit zal voor een gekrenkte raad een moment zijn om zijn macht te doen gelden. Het gesprek zal in het eerste scenario worden gevoerd vanuit wantrouwen en gaat over inschattingsfouten, mogelijkheden van de raad om invloed uit te oefenen op het project, en in het ergste geval zal het gesprek tussen college en raad zelfs gaan over politieke consequenties.
In het tweede scenario heeft de raad zelf weloverwogen de beslissing genomen die nu voor een overschrijding zorgt. Hoewel er nog steeds sprake kan zijn van onbegrip over de mogelijk gebrekkige planning, is de raad nu niet ‘op het oorlogspad’. De raad is immers mede-eigenaar gemaakt van de beslissing en voelt zich ervoor verantwoordelijk.
Hoe dan wel?
De consequenties van een zij/wij bestuurscultuur zijn van potentieel destructief karakter voor de politieke verhoudingen en daarmee voor de daadkracht van een gemeente. Daarom geven we hieronder enkele tips voor het creëren of herstellen van het vertrouwen.
Tips college
Ga als college eens op de stoel van de raad zitten. Beschouw diens informatiepositie, overweeg de politieke prioriteiten van de coalitie en de oppositie. Wat zouden vragen zijn die een raadslid in die positie kan hebben? Welke prioriteiten heeft dit raadslid?
- Overweeg of de informatie die je de raad biedt begrijpelijk is. De raad is immers een ‘lekenbestuur’ en van raadsleden kan niet worden verwacht dat zij overal kennis van hebben. Als informatie mogelijk onduidelijk is, maak de informatie dan begrijpelijker. Begrijpelijker is niet hetzelfde als méér informatie – in onze gesprekken met raadsleden horen we ook behoefte aan beknopte overzichten van processen zoals het geschetste, zeker als het over meerdere bestuursperiodes gaat.
- Sorteer voor op vragen en beantwoord ze waar je kan al vooraf.
- Als je de prioriteiten van de raad in overweging neemt, welke afwegingen in het besluit behoeven dan extra toelichting? Biedt die toelichting.
- Neem de raad even serieus als een vertrouwde vriend met een andere politieke kleur. Dat betekent; ga uit van diens goede bedoelingen en reageer vanuit vertrouwen.
Tips raad
Pak als raadslid eens bewust de rol van volksvertegenwoordiger en beschouw de zaak als burger. Welk belang heeft een gemiddelde burger? Welke belangenconflicten bestaan er in de gemeente die je moet afwegen? Zijn de meeste burgers, of een belangrijke minderheid, gediend met de vragen die je aan de raad stelt, en de amendementen die je indient?
- Neem een minimalistische houding aan; stel een vraag alleen, wanneer het antwoord consequenties kan hebben voor jouw oordeel over het project. Als dat het geval is, denk dan vooraf na alternatieven of amendementen die deze kwestie oplossen.
- Houdt de grote lijn in gedachten. De raad bewaakt miljoenen en bedient tienduizenden tot honderdduizenden mensen. Deze grote lijn, bezien vanuit de eigen politieke kleur, moet de vragen, amendementen en stemming bepalen.
- Neem het college even serieus als een vertrouwde vriend met een andere politieke kleur. Dat betekent; ga uit van diens goede bedoelingen en reageer vanuit vertrouwen.
Deze blog is geschreven door Miriam Dorigo. Meer weten over het vertrouwen tussen raad en college? Neem dan contact op met haar of met Martijn Mussche.